Voor alle zekerheid contact opgenomen met de
receptie van het Veenpark in Barger-Compascuum. In de folders is vermeld dat
het park het gehele jaar door bezocht kan worden, maar zijn de voorzieningen in
gebruik? Het antwoord is positief. Dus
zijn we niet de enige bezoekers van het park.
Al snel constateren we dat de stoomlocomotief “Hoogeveen”
letterlijk en figuurlijk op een zijspoor staat. De passagierswagons
worden getrokken door een diesellocomotief, niet zo romantisch dus. We doen eerst een rondje rondvaartboot met een
spraakzame kapitein die ons wijst op de vele gebouwen en hun geschiedenis. Op
deze manier steken we meer op dan een wandeling langs het verleden. Een aantal
bedrijfjes is in gebruik. O.a. de bakkerij en dat komt goed uit. Verse
producten voor de komende dagen slaan we in.
Na het pannenkoekhuis (een
compliment richting de pannenkoekmaaksters) naar het plaggenhuttendorp ’t Aole
Compas.
Tja, als je de hutten van binnen bekijkt, dan is het niet verwonderlijk
dat de bewoners geteisterd werden door kou en andere ongemakken. Op een
informatiepaneel lezen we dat de bewoners over het algemeen geen gebrek aan
voedsel hadden, maar wel aan kleding en huisraad. Geen wonder, een winkel was
in verre omgeving niet te vinden. En het geld werd wekelijks uitbetaald in het
café van de veenbaas. Als de mannen aan het eind van de betaaldag naar huis strompelden
was vaak de helft van het geld al opgezopen in het café.
Vanaf hun vijfde jaar
werden kinderen ingezet in de veenindustrie o.a. om de turf op te tassen. Via
de tv neem je kennis van dezelfde uitbuitingpraktijken die nu nog in landen als
Pakistan plaatsvinden. Wil je een beeld krijgen van het ontstaan van de
veengebieden en de ontwikkelingen daarin, dan is een bezoek aan de vaste
expositie in het hoofdgebouw beslist aan te bevelen. Deze expositie vertelt het
verhaal van het turfland langs de Hondsrug. In het midden van de expositie een
bassin met een deel van de oudste veenweg van Nederland. Deze Neolitische
Veenweg is 4500 jaar oud en is 100 jaar geleden bij het turfsteken gevonden op
minder dan een kilometer afstand van het Veenpark. Meer weten over veenlijken
en veenoffers aan de vroegere goden, bezoek dan deze expositie. Maar, om
bedrijvigheid te zien en de turfafgraving in het hoogveengebied dan is het najaar niet het
meest juiste jaargedeelte.De kerk, de foto rechts het interieur |