dinsdag 26 september 2017

Ruinen - Oldenhaverveld en Echtenerveld



De route vandaag leidt ons door  het dorp Koekange.  Door het Koekangerveld, even doortrappen over een klinkerweg, vervolgens rechtsaf het fietspad De Wolden volgend door het Oldenhaverveld. Aan het begin van het pad ligt in de bosrand op haar knieën een mevrouw foto’s te maken.  Daar moeten we meer van weten.  

Wij ook op de knieen  foto’s makend van een groep paddestoelen. En het moment een praatje te maken met een kenner als het gaat over paddestoelen. We volgen het fietspad en zien haar een eind verder opnieuw voorovergebogen bij een paddestoel.
De rode met witte stippen. Op deze manier krijgen we een aardige collectie paddestoelfoto’s bij elkaar, waarna we haar uit het oog verliezen. Geen ramp, het fietspad volgend ontmoeten we een echtpaar. Die ons  wijzen  op een bijzonder exemplaar. Zodra blijkt dat ook wij foto’s maken krijgen we hun fotocollectie op haar mobiel te zien met de nodige toelichting waar ze de foto’s gemaakt hebben. Zonder het te weten zijn we aan een aantal fotogenieke paddestoelen voorbijgereden zonder deze op te merken.
Gelukkig zijn we nog niet weg uit de streek, dus het zal zeker lukken ook deze de komende dagen op de foto te vereeuwigen. De weg tussen Echten en Ruinen overstekend rijden we door het Echtenerveld. Puur natuur. Een prachtige route die je in een lage versnelling moet nemen.  Even rust in restaurant Boschzicht met een uitermate vriendelijke en attente bediening.   


 

vrijdag 22 september 2017

Mariakerk Ruinen


Van onze camping naar het dorp Ruinen is het een kilometer of 10. Een deel van de route voert ons door bosgebied. Jammer genoeg ontbreekt langs een groot deel van de route een vrijliggend fietspad. Opletten dus. In het bos naast de weg is met rode piketpalen een route uitgezet. Waarschijnlijk de eerste aanzet voor  de aanleg van een vrijliggend fietspad, echter van verdere activiteiten is geen sprake.
Het eerste opvallende gebouw in Ruinen is de Mariakerk. De deuren van de kerk zijn gesloten. Gelukkig is op het terrein naast en achter de kerk op informatiezuilen zoveel informatie beschikbaar dat je een goed beeld krijgt van de geschiedenis van het gebouw.  In het kort komt deze informatie op het volgende neer: de kerk is rond 1140 gebouwd en was gewijd aan de heilige maagd Maria en was onderdeel van het oudste klooster van Drenthe, de Benedictijner Abdij van Ruinen. In 1325 is het klooster verplaatst naar De Wijk op het landgoed Dickninge. De kerk werd daarna parochiekerk. Aan de zuidoostzijde zijn twee dichtgemetselde bogen en een rond raam. Hier stond vroeger een kapel, de Catharinakapel. Deze kapel is rond 1837 afgebroken. Aan de achterzijde van de kerk heeft ook een kapel gestaan gewijd aan O.L. Vrouwe. Deze kapel is omstreeks 1836 afgebroken. Tussen 1972 en 1975 is bij restauratie geprobeerd de situatie van voor 1836 te herstellen. De toren dateert uit 1423, aldus het opschrift boven de deur. In de kelder van de pastorie zijn restanten van gewelven van de vroegere abdij te zien. Deze gewelven zijn te bezichtigen, helaas trof ik bij de pastorie niemand aan.
Het resultaat van het archeologisch onderzoek
In 1973 en 1974 is bij de kerk  archeologisch onderzoek uitgevoerd. Bij dit onderzoek zijn resten van de fundering van het koor, de Catharinakapel en de Onze Lieve Vrouwekapel gevonden. De contouren daarvan zijn in het terrein zichtbaar gemaakt. Op een informatiezuil  vind je resultaten in de vorm van een tekening terug. Naar mijn mening moet je een archeoloog zijn om deze tekening goed te kunnen lezen.
De  plattegrondtekening van kerk en omgeving volgend krijg je een goed overzicht van de geschiedenis.
6. Het beeld van Lammechien
Voor de ingang van de kerk het beeld van Lammechien.  Lammechien is het zusje van Bartje (“ik bid niet veur brune bonen”), bekend uit de verhalen van Anne de Vries. Misschien dat er ooit een standbeeld komt voor al die ploeteraars in het veen die zich daar voor weinig geld afgebeuld hebben. 
Bram de Ram
Op de brink











7. Steen met kloosterdeurgat
tegenover de kerk staat sinds de jaren zestig het standbeeld van ‘Bram de Ram’. Het beeld is het symbool voor de vele schaapkuddes die door de eeuwen heen over de velden rondom Ruinen hebben gezworven en daar nog steeds te vinden zijn.


4. Maquette van de Mariakerk met koor

donderdag 21 september 2017

Tea Time - noaberkei - Echten

Op het metalen plaatje de namen van de noabers
Tegenover de plaggenhut staat, aan de andere kant van de weg, een grote zwerfkei. Een “noaberkei”. Op een metalen plaatje geëtst de namen van de noabers. (Iedere noaber heeft in het noaberschap een zogenaamde noaberplicht. Dit houdt in dat hij de andere noabers desgewenst met raad en daad bij staat.)  De oorsprong van de kei ligt op 100 km ten noordwesten van Stockholm. Daar uitgegraven en naar hier gebracht op een dieplader. Als je goed naar de kei kijkt en je hebt de vorm van de provincie Drenthe in gedachten dan zie je een grote gelijkenis. De kei hoort hier dan ook beslist thuis.
Ca 100 meter verder de witte villa van Tea Time, een ‘english tearoom’. Beslist de moeite waard hier even binnen te stappen voor een theemomentje met alles wat daar bij hoort. Heerlijk.
En in de tuin kun je genieten van kunstuitingen. Een goede afsluiting van de fietstocht door en rond Echten.











woensdag 20 september 2017

Plaggenhut - Echten

Algemeen bekend is dat Drenthe over een groot netwerk aan fietspaden beschikt. Ben je op een camping nabij het dorp Echten, dan heb je de beschikking over een scala aan fietsvoorzieningen. En ben je daarbij ook in bezit van een kaart met fietsknooppunten, dan ligt een deel van Drenthe voor je open. Vanaf de camping naar Echten. Nu is Echten niet bepaald een plaats van enige omvang, maar naast de bosrijke omgeving kun je ook genieten van de historie en van wat ermee samenhangt.
In het ‘centrum’ staat een plaggenhut. Plaggenhutten trof je aan in veenontginningsgebieden. Ze waren het onderkomen van veenarbeiders. Goed beschouwd waren deze veenarbeiders de ‘slaven’ van de veenbazen. Eind 1800, begin 1900 kwam op de onverdeelde heidegronden de plaggenhut op grote schaal in gebruik als woning voor de armen. De leefomstandigheden waren erbarmelijk. De bouwwijze was zodanig dat de leefruimte bijzonder slecht te verwarmen was, het was er vochtig en het krioelde van ongedierte. Het bouwsel bestond meestal uit houten planken. De kieren werden dichtgestopt met alles wat daarvoor bruikbaar was. Het dak werd gemaakt van afgestoken heideplaggen die dakpansgewijze op elkaar werden gelegd.
Een plaggenhut bestond meestal uit één kamer waarin het hele gezin leefde en sliep. Een gat in het dak diende voor de afvoer van rook van het open vuur. Bedoeld voor verwarming van de hut, maar ook om er op te koken. Soms was een deel van de ruimte ingericht als stal voor de geit. De bewoners van een plaggenhut werden over het algemeen niet oud. Je kunt deze woonsituatie bijna vergelijken met  bewoning in de huidige vluchtelingenkampen.
De poepdoos
Hoewel de woningwet van 1901 het wonen in een plaggenhut verbood, werden vervangende woningen slechts beperkt aangeboden. Pas na de Tweede Wereldoorlog werd een grootschalig woningbouwprogramma opgestart. Daarmee verdween de laatste bewoonde plaggenhut. Je zou kunnen stellen dat de huidige plaggenhut onbedoeld een standbeeld is voor al de toenmalige bewoners.
 
De plaggenhut in Echten werd in 1981 gebouwd door bewoners van het dorp als versiering tijdens het 800 jaar bestaan van het dorp. Later wilde niemand de hut kwijt en werd het een toeristisch trekpleister. 











De pomp, vroeger werd grondwater opgepompt. Ongezuiverd.

zondag 10 september 2017

Wymarse Molen - Arcen


de Lingsforterbeek
Op de terugweg van Arcen naar Heel parkeren we de auto ter hoogte van de Wymarse Watermolen, staande op de Lingsforterbeek. In het verleden behoorde de molen bij de bezittingen van het kasteel Arcen. De huidige molen werd gesticht in 1677. In de 2ewereldoorlog werd de molen zwaar beschadigd. Gelukkig nam de Stichting Het Limburgs Landschap in 1978 het eigendom over en werden plannen gemaakt tot het herstel van de molen. In 1990 is de molen gerestaureerd.  In de molen bevindt zich de graanbranderij “De IJsvogel”.
Op het achter de molen gelegen terras nemen we een kop thee met appelgebak. We krijgen uitleg over de ontstaansgeschiedenis van de branderij, waarna we meegenomen worden naar binnen voor een rondleiding in de molen en heel veel te weten komen over de branderij. In de winkel van de molen kun je terecht voor bijzondere dranken. Er is één maar verbonden aan de rondleiding, je moet goed ter been zijn. De trap naar de verdieping is redelijk steil.

vrijdag 8 september 2017

Kasteel Groot Buggenum - Grathem

Ruim een kilometer buiten het centrum van Grathem staat het kasteel “Groot Buggenum”. Het kasteel kent een lange geschiedenis maar ik beperk mij tot de laatste bewoner, prof. Dr. Ing. H. Hentrich, wonende in Düsseldorf.  Prof. Hentrich begon eind 1971 met volledig herstel van het kasteel. In 1976 was de restauratie grotendeels voltooid en werd het kasteel en de tuinen voor de eerste keer voor bezichtiging opengesteld. In april 1980 werd het volledig gerestaureerde kasteel Groot Bruggenum, inclusief het waardevolle achttiende eeuwse interieur, door de eigenaar prof. Dr. Ing. H. Hentrich voor het symbolische bedrag van één gulden verkocht aan de provincie Limburg. Omdat de provincie er een publieke bestemming wenste te geven is in 1998 met instemming van de professor een nieuwe stichting in het leven geroepen die het kasteel beheert en exploiteert. Het kasteel staat open voor iedereen. In de expositieruimte wordt de geschiedenis van het kasteel in beeld gebracht.
Wij zijn er tijdens een kasteelfeest. In de tuinen is het genieten van een groot aantal kunstobjecten en maken een praatje met enthousiaste kunstenaars. Een lust voor het oog de kunst in heel veel vormen. Genieten dus. Vooral ook van de bloeiende hortensia in prachtige kleuren.
De sfeer, zowel binnen als buiten het kasteel, het kan niet beter. En op het binnenplein genieten we van een kop thee, een suikerwafel met slagroom en muziek op de achtergrond. Vol lof over wat we mochten zien en horen fietsen we terug naar de camping. Beslist de moeite waard als je toch  in de buurt van Grathem bent het kasteel te gaan bekijken.